[Intro]
C Am F G
Em F C G
Am G
[Verse 1]
C
Zeg rode roos
Am
Waar kom jij vandaan
F
Wie gaf jou kleur
G
Wie gaf jou geur
Em
Wie gaf jou kracht
F
Om zo mooi rechtop te staan
C G
Zeg rode roos
Am G
Waar kom jij vandaan
[Verse 2]
C
Ik was een zaadje
Am
Wonderlijk en klein
F
Maar door de regen
G
En de zonneschijn
Em
Door een geheim
F
Dat ik niet ken
C G
Mag ik er zijn
Am G
En ben ik wat ik ben
Am G
En ben ik wat ik ben
[Verse 3]
C
Zeg berkenboom
Am
Waar kom jij vandaan
F
Wie heeft jouw bast
G
Zo wit gekwast
Em
Wie geeft jou kracht
F
Om stormen te doorstaan
C G
Zeg berkenboom
Am
Waar kom jij vandaan
[Verse 4]
C
Ik was een zaadje
Am
Wonderlijk en klein
F
Maar door de regen
G
En de zonneschijn
Em
Door een geheim
F
Dat ik niet ken
C G
Mag ik er zijn
Am G
En ben ik wat ik ben
Am G
En ben ik wat ik ben
[Verse 5]
C
Zeg mensenkind
Am
Waar kom jij vandaan
F
Wie bracht het licht
G
Op jouw gezicht
Em
Wie geeft jou zin
F
Om je vleugels uit te slaan
C G
Zeg mensenkind
Am G
Waar kom jij vandaan
[Verse 6]
C
Ik was een zaadje
Am
Wonderlijk en klein
F
Maar door de regen
G
En de zonneschijn
Em
Door een geheim
F
Dat ik niet ken
C G
Mag ik er zijn
Am G
En ben ik wie ik ben
Am G
En ben ik wie ik ben
Am
En ben ik wie ik ben...
[END]