[Intro]
N.C.
Bells ringing
[Verse 1]
C Am F G C
Hoor de wind waait door de bomen, hier in huis zelfs waait de wind
C Am F G C
Zou de goede Sint wel komen, als hij 't weer zo lelijk vindt
F G C
Als hij 't weer zo lelijk vindt
[Verse 2]
E7 Am D G
Ja, hij rijdt in donk're nachten, op zijn paardje, oh zo snel
C Am F G C
Als hij wist hoe zeer wij wachten, ja gewis, dan kwam hij wel
F G C
Ja gewis, dan kwam hij wel!
[Verse 3]
C
Hoor, wie trapt daar, kind'ren, hoor wie stapt daar, kinderen,
G7 C
hoor wie tikt daar buiten tegen 't raam ?
C C
't Is een vreemdling zeker, die verdwaald is zeker.
G7 C
'k Zal hem gauw eens vragen naar zijn naam.
[End]
F C G7 C
Sint-Nikolaas, Sint-Nikolaas, brengt ons vanavond een bezoek.
F C G7 C
En strooi ons wat lekkers in d'een of andere hoek