Anneke Konings - Sprookje
Liedje van de Dutch Rare Folk verzamel-cd.
CAPO I
INTRO (2x)
F G
Am
D
Em
F G
Am
D
Am
Am G
Zij was zo helder en zo mooi, als 't water van de bron
C D Em G Em Am
Verborgen in het diepste woud waar niemand komen kon
C D
Em
G Em
Am
Am G
Zij had geen vijand en geen vrind, was nooit met iemand 'saam
C D Em G Em Am
Zij was een kind van de natuur en niemand wist haar naam
C D
Em
G Em
Am
Am G
De oude bomen in het bos die knikten naar de zon
C D Em G Em Am
En strooiden blaad'ren op de grond zodat zij slapen kon
C D
Em
G Em
Am
Am G
En als zij met de dieren sliep of lachte naar de wind
C D Em G Em Am
Dan was het of de wereld riep: "ach speel met mij, mijn kind"
C D
Em
G Em
Am
F G Am D Em
Maar geluk duurt nooit langer dan rozengeur en wijn
F G Am D Am
En de dag kwam al snel dat zij niet meer gelukkig kon zijn
F G Am D Em
Want toen hij in haar ogen zag en hoe mooi zij was
F G Am D Am
Nam hij snel haar geluk, teer en breekbaar als glas
C D
Em 2x
G Em /
Am /
Am G
Zij was zo helder en zo mooi, als 't water van de bron
C D Em G Em Am
Maar vrij, en dat was iets waardoor hij zich niet binden kon
C D
Em
G Em
Am
Am G
En op een dag is hij gegaan naar waar hij wilde zijn
C D Em G Em Am
En zij bleef achter in het bos met veel verdriet en pijn
C D
Em
G Em
Am
Am G
De oude bomen knikten maar en schudden met hun hoofd
C D Em G Em Am
En stonden treurig bij elkaar tot het daglicht was gedoofd
C D
Em
G Em
Am
Am G
En toen sprak zij: "wat ben ik blij dat ik hier bij jullie woon"
C D Em G Em Am
Want de wereld waarin ik leven wou is zeker niet zo schoon
OUTRO
C D
Em 2x
G Em /
Am /
F G
Am
D
Em 2x
F G /
Am /
D /
Am /